SGP-jongerenpartij heeft meeste leden in verhouding tot aantal jongerenstemmen

Hoewel SGP niet veel stemmen van jongeren binnenhaalde bij de Tweede Kamerverkiezingen, valt SGP-Jongeren onder de grootste politieke jongerenorganisaties (pjo’s) van Nederland. In verhouding tot het aantal stemmen door jongeren, is de afdeling met kop en schouders de grootste. “Onze achterban steekt elkaar aan om lid te worden”, zegt voorzitter Leander Tramper.

Het was niet te missen: afgelopen maart waren de Tweede Kamerverkiezingen. Jongeren gingen meer dan ooit naar de stembus, zo’n 80 procent. En jongeren stemmen anders dan ouderen, dat blijkt ook uit onderzoek van Ipsos in opdracht van NOS.
In deze visual zie je het verschil tussen de uitslag van de verkiezingen nu, en hoe de Tweede Kamer eruitgezien had als alleen jongeren tussen 18 en 24 jaar hadden gestemd.

Naast stemmen is er voor jongeren nog een andere mogelijkheid om hun politieke stem te laten horen: lid worden van een jongerenpartij. Jongerenpartijen zijn er op gericht jongeren een plek te geven waar ze zich politiek kunnen ontwikkelen binnen een partij. Met debatten, congressen en andere activiteiten worden nieuwe leden geworven en geschoold.

Voor een moederpartij heeft het hebben van een jongerenpartij ook zijn voordelen. Jongeren bereiken andere jongeren makkelijker om te gaan stemmen, en je bereidt talenten al vroeg voor op een politieke carrière bij de moederpartij. Niet alle partijen denken daar zo over. Bijvoorbeeld de partij Volt meldt op haar website dat jongeren ‘gewoon mee doen, en niet in de zandbak hoeven’.

Toch hebben de meeste partijen een jongerenafdeling. En deze jongerenafdelingen hebben ook invloed op de moederpartij. De jeugdafdelingen kunnen standpunten aandragen en af en toe spreken zij zich uit tegen de partij. Zoals toen Gert-Jan Segers (CU) tegen de motie van wantrouwen naar Mark Rutte stemde en PerspectieF, de jongerenorganisatie van de ChristenUnie, zich daar tegen uitsprak.

Maar welke partij krijgt haar achterban niet alleen zo ver om te gaan stemmen, maar krijgt de jongeren ook actief als lid van de jongerenafdeling? In deze visual is te zien hoeveel zetels de partijen hebben als jongeren stemmen, hoeveel leden elke jongerenpartij heeft, en hoeveel leden dat per één zetel is per partij. Door verschillende leeftijdsgrenzen per partij is het vooral van belang te kijken naar grote verschillen.

Jongeren van de SGP

Uit deze data blijkt dus dat SGP in verhouding tot het aantal stemmen de meeste leden heeft. Volgens voorzitter Leander Tramper (23) komt dat waarschijnlijk door meerdere factoren. “Ten eerste hebben we een bepaalde signature. We zijn verbonden aan kerken en in de gebieden waar SGP groot is zijn vaak gezinnen met veel kinderen. Daarnaast zit de achterban van de SGP redelijk geclusterd, in de biblebelt. In die gebieden is het heel normaal om lid te worden en dat steekt jongeren onder elkaar ook aan.”

Maar niet alleen de doelgroep is van zichzelf al sneller politiek actief. De jongerenpartij doet er ook alles aan om meer leden te krijgen. “We hebben een ledenwerfstrategie, waarbij we gastlessen geven in de regio’s waar onze achterban zit. Na zo’n les komt het regelmatig voor dat meer dan de helft zich aanmeldt als lid. Daarnaast staan we ook vaak op christelijke events.”

Ook de eerdergenoemde leeftijdsverschillen spelen mee. “Bij de SGP-Jongeren kun je al lid worden vanaf 10 jaar. Tot je 14e is bij ons het lidmaatschap gratis, waarmee we de drempel dus verlagen. We hebben een magazine voor die doelgroep, dus eigenlijk zou er geen reden zijn om níet lid te worden. Als die kinderen dan 14 jaar worden, zeggen de ouders vaak dat zij het wel willen betalen en op die manier hebben we een goede doorstroom. Want zie iemand van 16 maar te motiveren voor de politiek.” Toch ziet Leander ook nog verbeterpunten. “Bij linkse, activistische partijen zie je toch vaak dat de leden die er zijn ook actiever zijn. Dus dat zij zich ook actief inzetten voor de jongerenpartij en de standpunten. Bij de SGP-Jongeren zien we dat nu nog wat minder, en dat zouden we in de toekomst wel meer willen hebben.”